T-cellymfoom

Wat is een T-cel lymfoom?

In het bloed zitten verschillende soorten afweercellen. Deze cellen horen bij het afweersysteem en zijn belangrijk om je te beschermen tegen virussen en bacteriën. Een van de soorten afweercellen zijn T-cellen. 

Een T-cel is een bijzondere afweercel. Hij is namelijk gericht op het herkennen en uitschakelen van één soort indringer, zoals een bacterie of virus.

Bij T-cellymfoom (TCL) zit de kanker in de T-cellen in het lichaam. Via het bloed komen de T-cellen in alle weefsels en lymfeklieren. Daarom kan overal in het lichaam TCL ontstaan. Als er kanker van T-cellen is, vermindert ook je weerstand tegen allerlei andere ziekteverwekkers.

De ziekte TCL is zeldzaam. Maar een klein deel van de mensen met een non-hodgkinlymfoom heeft deze vorm van kanker. Er zijn meerdere soorten TCL. Dit zijn allemaal woekeringen van T-cellen. Hieronder een opsomming van soorten TCL. Ze zijn allemaal zeldzaam.

• Perifeer T-cellymfoom (PTCL). Dit is de meest voorkomende T-cellymfoom.
• Angio-immunoblastair T-cellymfoom (AITCL). Een lymfoom waarbij vaak huiduitslag ontstaat nadat er geneesmiddelen zijn gebruikt bij auto-immuunziekten (zoals auto-immuun hemolytische anemie). Er volgt een behandeling met chemotherapie.
• Enteropathie-geassocieerd T-cellymfoom (EATL). Ontstaat meestal in de darm, vaak heb je als patiënt ook coeliakie (glutenintolerantie).
• Anaplastisch grootcellig lymfoom (ALCL). Dit lymfoom geeft een betere prognose dan andere T-cellymfomen.
• Hepatosplenaal gamma/deltalymfoom. Een zeer zeldzaam, agressief lymfoom in de lever, milt en vaak het beenmerg. Komt soms voor bij jonge mensen die behandeld worden met afweerremmende therapie na een orgaantransplantatie.
• Subcutaan panniculitis-like T-cellymfoom. Dit lymfoom heeft twee vormen:
  • Alfa/betatype; behandeling met prednison;
  • Gamma/deltatype, behandeling met chemotherapie, soms gevolgd door allogene stamceltransplantatie.
• NK/T-cellymfoom van de neus. Dit lymfoom treft vooral mensen uit Azië. Het wordt behandeld met bestraling, chemotherapie en soms een allogene stamceltransplantatie.