De ziekte CLL
Leukemie is de verzamelnaam voor verschillende vormen van bloedkanker. Chronische lymfatische leukemie (CLL) is een bloedkanker. Bij CLL is één soort witte bloedcellen kwaadaardig geworden: dit zijn de B-lymfocyten.
Wat is chronische lymfatische leukemie (CLL)?
CLL is een vorm van kanker van de witte bloedcellen. Die witte bloedcellen zijn belangrijk voor onze afweer. Ze worden ook B-lymfocyten genoemd. Het woord ‘chronisch’ in CLL betekent dat de ziekte langdurig is. CLL ontwikkelt zich langzaam en hoeft vaak een lange tijd niet behandeld te worden. Moet er eenmaal wél behandeld worden, dan kan ook die fase nog jarenlang duren.
Hoe vaak komt CLL voor?
Elk jaar krijgen in Nederland duizend mensen de diagnose CLL. Het is de meest voorkomende soort leukemie. De meeste mensen zijn ouder dan 60 jaar als ze de diagnose krijgen.
Wat is de oorzaak van chronische leukemie?
Er zijn geen duidelijke risicofactoren voor chronische leukemie. De ziekte is niet erfelijk, al komt CLL in bepaalde families wat vaker voor dan in andere families. De kans op CLL lijkt groter als er iemand in je familie ook lymfeklierkanker of leukemie heeft. Hoe dit precies zit, is nog niet duidelijk.
Hoe ontstaat chronische leukemie?
CLL ontstaat in een bepaald soort witte bloedcellen: in de B-lymfocyten. B-lymfocyten heten ook wel B-cellen. Deze cellen zitten door het hele lichaam: in de lymfeklieren, in het bloed en ook in de milt, de lever en het beenmerg.
Bij chronische lymfatische leukemie gaat er bij de ontwikkeling van de B-lymfocyten iets mis; een specifieke soort wordt kwaadaardig. Deze ontspoorde soort lijkt niet meer op normale witte bloedcellen. Normale cellen zijn geprogrammeerd om na een zekere tijd dood te gaan. Dat heet apoptose. De ontspoorde soort blijft zich delen en gaat niet meer dood. Er komen daardoor steeds meer van deze kwaadaardige witte bloedcellen bij.
Uiteindelijk zullen die cellen zich ophopen in het bloed, het beenmerg, de lymfeklieren, of de milt of de lever. Meestal krijgt iemand met CLL dan pas klachten van zijn ziekte.
Kleincellig lymfocytair lymfoom (SLL)
De ziektes zijn hetzelfde, behalve dat er bij SLL veel kwaadaardige witte bloedcellen in de lymfeklieren zitten en niet in het bloed. Daarom is SLL meestal niet in het bloed te zien. SLL wordt ook kleincellig B-cellymfoom genoemd.
Mensen met kleincellig lymfocytair lymfoom (SLL) krijgen dezelfde behandeling als CLL